Projecten

Slibmotor Koehoal

Langs de Waddenkust is de slibhuishouding van groot belang voor de natuur en voor de veiligheid achter de dijken. Op de slibrijke randen van de Waddenzee groeien kwelders. Ze kunnen meegroeien met de zee door slib in te vangen en daardoor langzaam te verhogen.

Bij Koehoal en Westhoek wordt getest of extra aanvoer van baggerslib de kwelderontwikkeling kan bevorderen. Het slib is afkomstig van de haven van Harlingen. Daar wordt jaarlijks zo’n 1,3 miljoen kubieke meter slib gebaggerd. Sinds 2016 wordt dit slib verspreid in een zogenaamde slibmotor op een zorgvuldig gekozen locatie in de Waddenzee. De zeestroming zorgt ervoor dat het slib stroomafwaarts bij Koehoal en Westhoek wordt afgezet. Zo kan daar kwelderaanwas plaatsvinden. Doordat het slib gelijkmatig wordt aangevoerd kan de kwelder op een natuurlijke manier groeien. Vogels kunnen er rusten en in de slikvelden bij de jonge kwelders is veel voedsel voor wadvogels. Pioniersplanten als zeekraal en lamsoor kunnen er groeien.

Verwachte effecten:

  • Het gebaggerde slib wordt vastgelegd, dus er is minder kans op terugstromen naar de haven en dat betekent in de toekomst minder baggeren.
  • De groei, stabiliteit en natuurlijkheid van de kwelders wordt bevorderd.
  • Stabilisatie van het voorland van de zeedijk, zodat mogelijk minder dijkonderhoud nodig is.
  • Kwelders leggen CO2 vast.

Kwelder wordt vooral hoger
Onderzocht is of de slibmotor zich volgens verwachting gedraagt en er hoe deze de kweldergroei bevordert. De metingen zijn gericht op zowel de verspreiding van het slib als de groei en ontwikkeling van de kwelders. De eerste resultaten wijzen erop dat door de aanvoer van het slib de kwelder vooral hoger wordt maar dat de kwelder niet horizontaal uitgroeit.

Het experiment zorgt voor de nieuwe kennis voor mogelijke verdere toepassing binnen en buiten het Waddengebied.

Partners
Partners: It Fryske Gea, gemeente Harlingen, Ecoshape, Waddenfonds

Meer informatie: